Wilo-SiBoost Smart MVISE

Geluidsarme, stekkerklare waterverzorgingsinstallatie met 2 tot 4 parallelle geschakelde, verticaal geplaatste, normaal zuigende roestvrijstalen hogedruk-centrifugaalpompen uit de MVISEL-serie in natloperuitvoering. Elke pomp is uitgerust met een geïntegreerde watergekoelde frequentie-omvormer. Met Smart Controller SCe uitgeruste installatie.

Volautomatische watervoorziening en drukverhoging in de toevoermodus vanaf het openbare waterleidingnet of een reservoir op een hoogte van ten minste 0,5 m boven de pomp, voor particuliere, commerciële, industriële en gemeentelijke toepassingen (bijv. woningen, kantoren, administratiegebouwen, hotels, ziekenhuizen, handels-, industriële bedrijven, waterleidingbedrijven). Reservepomp is volgens DIN 1988 en DIN EN 806 inbegrepen.

Toegestane media zijn in het algemeen watersoorten die de gebruikte materialen noch chemisch, noch mechanisch aantasten en geen abrasieve of langvezelige bestanddelen bevatten, zoals:

• Drinkwater
• Koelwater
• Proceswater
• Bluswater (behalve voor brandblusinstallaties volgens DIN 14462 en met toestemming van de lokale brandbeveiligingsinstanties).

2 – 4 pompen per installatie uit de serie MVISE met natloopmotor en toerentalregeling via de geïntegreerde frequentieomvormer op elke pomp.

SCe-schakelkast zorgt voor automatische regeling en besturing van de complete drukverhogingsinstallatie.

Volledig gemonteerd op een in hoogte verstelbaar, verzinkt stalen basisframe.

Alle onderdelen met mediumcontact zijn corrosiebestendig.

aan de perszijde:

• Afsluitarmatuur
• Terugslagklep
• Terugslagklep op elke pomp
• Membraandrukvat 8 l, PN 16
• Druksensor 4..20 mA
• Manometer

zuigzijdig:

• Afsluitarmatuur
• Druksensor 4..20 mA
• Manometer

• Netaansluiting 3~400 ±10%, 50 Hz
• Max. mediumtemperatuur +50 °C
• Omgevingstemperatuur max. +40 °C
• Werkdruk 16 bar
• Toevoerdruk 6 bar
• Nominale aansluitgroottes:
  • Aan perszijde R 2" - R 3"
  • Aan toevoerzijde R 2" - R 3"
• Toerentalbereik 1100 – 2750 tpm
• Beschermingsklasse IP44
• Netzijdige zekering [AC 3] overeenkomstig motorvermogen en voorschriften van het energiebedrijf

MVISE 2-8 m3/h

• Pomphuis van 1.4301 [AISI 304]
• Hydraulica van 1.4301 [AISI 304]
• EPDM-afdichting

Grondplaat: Verzinkt staal, met in hoogte verstelbare trillingsdempers voor vergaande geluidsisolatie, en geïntegreerde hijspunten en kabelgeleidingen.

Leidingsysteem: compleet leidingsysteem van roestvrij staal, geschikt voor de aansluiting van alle bij gebouwmanagement gebruikte leidingsmaterialen; de afmetingen van het leidingsysteem moet in overeenstemming zijn met de totale hydraulische opbrengst van de drukverhogingsinstallatie

Pompen: Gebruikt worden 2 tot 4 parallel geschakelde pompen van de series MVISE 2, 4, 8.

De aan de pompmotor gemonteerde, watergekoelde frequentie-omvormers maken voor alle pompen uit deze series een traploos regelbedrijf mogelijk tussen 20 Hz en max. 50 Hz. Alle pompdelen die in contact komen met het medium zijn gemaakt van roestvrij staal.

Armaturen: elke pomp is aan de zuig- en perszijde uitgerust met een afsluitarmatuur met DVGW-keurmerk en aan de perszijde een terugslagklep met DVGW-certificaat.

Membraandrukvat: 8 l/PN 16 aan perszijde gemonteerd met een membraan van butylrubber, met DVGW/KTW-vergunning, veilig volgens de levensmiddelenwet voor controle- en onderhoudsdoeleinden voorzien van een afsluitkogelkraan, met leegloop en doorstromingsarmatuur met DVGW/KTW-vergunning volgens DIN 4807.

Drukbewaking: 2 druksensoren: 4..20 mA, aan de pers- en zuigzijde geplaatst.

Drukindicatie: Manometer op de zuig- en op de perszijde aangebracht.

Bedieningsveld: Smart Controller SCe seriematig met LC-display.

Andere uitvoeringen op aanvraag

• In de fabriek gemonteerde, stekkerklare, op werking en dichtheid geteste drukverhogingsinstallatie
• Inbouw- en bedieningsvoorschriften

Overige netaansluitingen op aanvraag

Toevoerdruk

Bij de dimensionering van de installatie moet de max. toevoerdruk (zie Technische gegevens) in acht worden genomen. De max. toegestane toevoerdruk wordt berekend uit de max. werkdruk van de installatie verminderd met de max. opvoerhoogte van de pomp bij Q = 0

Drukregelaar

Een schommelende toevoerdruk wordt door de in iedere enkelpomp geïntegreerde toerentalregeling gecompenseerd, voor zover de drukschommeling niet groter is dan het verschil tussen de gewenste waarde en de blinddruk van de enkelpomp bij minimumtoerental (bedrijf bij 20 Hz resp. 25 Hz). Wanneer de drukschommeling groter is, dan moet er vóór de installatie een drukverlagingsklep worden geïnstalleerd.

Debiet

Tot 240 m3/h (66 l/s) installatieconfiguratie volgens DIN 1988 (EN 806); met reservepomp tot 320 m3/h (88 l/s) bij bedrijf van de reservepomp als extra pieklastaggregaat

Lekstroom-veiligheidsschakelaar

Bij de installatie van lekstroom-veiligheidsschakelaars in combinatie met frequentie-omvormers dient erop te worden gelet dat er uitsluitend alstroomgevoelige lekstroom-veiligheidsschakelaars conform DIN/VDE 0664 moeten worden gebruikt.

Droogloopbeveiliging Wilo-WMS

De gebruikte pomp uit de serie Helix VE is reeds uitgerust met een geïntegreerde droogloopdetectie als veiligheidsvoorziening van de pomp. De installatie van een droogloopbeveiliging is vereist indien de drukverhogingsinstallaties direct op een openbaar toevoernet zijn aangesloten; hierdoor wordt een mogelijke daling van de toevoerdruk in de toevoerleiding tot waarden onder 1,0 bar verhinderd. Direct bij de bestelling van de drukverhogingsinstallatie meebestellen a.u.b. De droogloopbeveiliging wordt dan door Wilo in de drukverhogingsinstallatie ingebouwd en bekabeld. Bovendien wordt deze bij de afsluitende werkingscontrole getest.

Normen/richtlijnen

Het totale systeem voldoet aan alle eisen van

• DIN 1988 deel 5
• DIN 1988 deel 6* (**)

* Er moet rekening worden gehouden met de aanwijzingen uit DIN 1988 (EN 806) en die van het waterbedrijf. Met betrekking tot de elektrische onderdelen voldoet de installatie aan de eisen van

• VDE 0100 deel 430/deel 540
• VDE 0110 deel 1/deel 2
• VDE 0660 deel 101/deel 107 en
• DIN 40719/IEC 754

Voor het gebruik en bedrijf van de drukverhogingsinstallatie moeten altijd de eisen van DIN 1988 (EN 806) in acht worden genomen.(**)Dit geldt niet voor brandblusinstallaties volgens DIN 14462. Deze extra aanvragen a.u.b.!

• Netaansluiting 3~400 ±10%, 50 Hz
• Max. mediumtemperatuur +50 °C
• Omgevingstemperatuur max. +40 °C
• Werkdruk 16 bar
• Toevoerdruk 6 bar
• Nominale aansluitgroottes:
  • Aan perszijde R 2" - R 3"
  • Aan toevoerzijde R 2" - R 3"
• Toerentalbereik 1100 – 2750 tpm
• Beschermingsklasse IP44
• Netzijdige zekering [AC 3] overeenkomstig motorvermogen en voorschriften van het energiebedrijf

MVISE 2-8 m3/h

• Pomphuis van 1.4301 [AISI 304]
• Hydraulica van 1.4301 [AISI 304]
• EPDM-afdichting

Grondplaat: Verzinkt staal, met in hoogte verstelbare trillingsdempers voor vergaande geluidsisolatie, en geïntegreerde hijspunten en kabelgeleidingen.

Leidingsysteem: compleet leidingsysteem van roestvrij staal, geschikt voor de aansluiting van alle bij gebouwmanagement gebruikte leidingsmaterialen; de afmetingen van het leidingsysteem moet in overeenstemming zijn met de totale hydraulische opbrengst van de drukverhogingsinstallatie

Pompen: Gebruikt worden 2 tot 4 parallel geschakelde pompen van de series MVISE 2, 4, 8.

De aan de pompmotor gemonteerde, watergekoelde frequentie-omvormers maken voor alle pompen uit deze series een traploos regelbedrijf mogelijk tussen 20 Hz en max. 50 Hz. Alle pompdelen die in contact komen met het medium zijn gemaakt van roestvrij staal.

Armaturen: elke pomp is aan de zuig- en perszijde uitgerust met een afsluitarmatuur met DVGW-keurmerk en aan de perszijde een terugslagklep met DVGW-certificaat.

Membraandrukvat: 8 l/PN 16 aan perszijde gemonteerd met een membraan van butylrubber, met DVGW/KTW-vergunning, veilig volgens de levensmiddelenwet voor controle- en onderhoudsdoeleinden voorzien van een afsluitkogelkraan, met leegloop en doorstromingsarmatuur met DVGW/KTW-vergunning volgens DIN 4807.

Drukbewaking: 2 druksensoren: 4..20 mA, aan de pers- en zuigzijde geplaatst.

Drukindicatie: Manometer op de zuig- en op de perszijde aangebracht.

Bedieningsveld: Smart Controller SCe seriematig met LC-display.

Andere uitvoeringen op aanvraag

• In de fabriek gemonteerde, stekkerklare, op werking en dichtheid geteste drukverhogingsinstallatie
• Inbouw- en bedieningsvoorschriften

Overige netaansluitingen op aanvraag

Toevoerdruk

Bij de dimensionering van de installatie moet de max. toevoerdruk (zie Technische gegevens) in acht worden genomen. De max. toegestane toevoerdruk wordt berekend uit de max. werkdruk van de installatie verminderd met de max. opvoerhoogte van de pomp bij Q = 0

Drukregelaar

Een schommelende toevoerdruk wordt door de in iedere enkelpomp geïntegreerde toerentalregeling gecompenseerd, voor zover de drukschommeling niet groter is dan het verschil tussen de gewenste waarde en de blinddruk van de enkelpomp bij minimumtoerental (bedrijf bij 20 Hz resp. 25 Hz). Wanneer de drukschommeling groter is, dan moet er vóór de installatie een drukverlagingsklep worden geïnstalleerd.

Debiet

Tot 240 m3/h (66 l/s) installatieconfiguratie volgens DIN 1988 (EN 806); met reservepomp tot 320 m3/h (88 l/s) bij bedrijf van de reservepomp als extra pieklastaggregaat

Lekstroom-veiligheidsschakelaar

Bij de installatie van lekstroom-veiligheidsschakelaars in combinatie met frequentie-omvormers dient erop te worden gelet dat er uitsluitend alstroomgevoelige lekstroom-veiligheidsschakelaars conform DIN/VDE 0664 moeten worden gebruikt.

Droogloopbeveiliging Wilo-WMS

De gebruikte pomp uit de serie Helix VE is reeds uitgerust met een geïntegreerde droogloopdetectie als veiligheidsvoorziening van de pomp. De installatie van een droogloopbeveiliging is vereist indien de drukverhogingsinstallaties direct op een openbaar toevoernet zijn aangesloten; hierdoor wordt een mogelijke daling van de toevoerdruk in de toevoerleiding tot waarden onder 1,0 bar verhinderd. Direct bij de bestelling van de drukverhogingsinstallatie meebestellen a.u.b. De droogloopbeveiliging wordt dan door Wilo in de drukverhogingsinstallatie ingebouwd en bekabeld. Bovendien wordt deze bij de afsluitende werkingscontrole getest.

Normen/richtlijnen

Het totale systeem voldoet aan alle eisen van

• DIN 1988 deel 5
• DIN 1988 deel 6* (**)

* Er moet rekening worden gehouden met de aanwijzingen uit DIN 1988 (EN 806) en die van het waterbedrijf. Met betrekking tot de elektrische onderdelen voldoet de installatie aan de eisen van

• VDE 0100 deel 430/deel 540
• VDE 0110 deel 1/deel 2
• VDE 0660 deel 101/deel 107 en
• DIN 40719/IEC 754

Voor het gebruik en bedrijf van de drukverhogingsinstallatie moeten altijd de eisen van DIN 1988 (EN 806) in acht worden genomen.(**)Dit geldt niet voor brandblusinstallaties volgens DIN 14462. Deze extra aanvragen a.u.b.!